Fotografía de autor
16 Obras 63 Miembros 1 Reseña

Sobre El Autor

Obras de Rosine De Dijn

Etiquetado

Conocimiento común

Miembros

Reseñas

R. DE DIJN, Gasten van de Führer, Antwerpen: Manteau, 2014, 304 p.

Het einde van de Tweede Wereldoorlog is een onderwerp dat geregeld pennen in beweging brengt – het onderzoek van Ian Kershaw, Tot de laatste man. Duitsland 1944-45 is een recent voorbeeld. Dat is ook het geval met familiegeschiedenissen die zich in dezelfde periode afspelen – één van de meest fascinerende is ongetwijfeld het verhaal van Wibke Bruhns, Meines Vaters Land. Geschichte einer deutschen Familie. Het boek “Gasten van de Führer”, van de in Duitsland wonende Vlaamse journaliste en publiciste Rosine De Dijn (° 1941), combineert de beide elementen.

Rosine De Dijn is de dochter van de architect Clement Charles (‘Karel’) De Dijn, die tijdens de Tweede Wereldoorlog in Baasrode op een bescheiden wijze aan de collaboratie heeft deelgenomen en die de eerste maanden na de bezetting in de gevangenis heeft doorgebracht. Het gerechtelijke dossier is vrij magertjes: de man krijgt een jaar gevangenisstraf en halfweg de jaren 1950 wordt hij al in eer hersteld. Hij is dan met zijn gezin naar Ranst verhuisd en ontwerpt en realiseert er diverse bouwprojecten in zijn woonplaats en in de buurgemeenten Broechem en Emblem.

De oorlog blijft echter vele jaren lang een taboe ten huize van de familie De Dijn. Dochter Rosine gaat dan maar zelf op zoek, niet alleen naar het verleden van haar familie, maar ook naar de omstandigheden in België en Duitsland aan het einde van de oorlog. Het feit dat de arrestatie van haar vader en de vernederingen die de familie ten gevolge hiervan ondervindt een diepe indruk op haar maken, zal daar niet vreemd aan zijn. Bovendien wordt ze later geregeld geconfronteerd met het onverwerkte verleden, onder meer in toevallige contacten met voormalige collaborateurs en sedert haar vertrek naar Duitsland, waar ze nu reeds enkele decennia woont en werkt.

Rosine De Dijn beschrijft de vlucht van een groot gedeelte van de collaborateurs vanuit België en hun verblijf in Duitsland, grosso modo in de periode van september 1944 tot mei 1945. Als basis neemt ze de verhalen van enkele figuren die deze episode hebben meegemaakt, zoals de gezinnen van Jozef De Belder en Line Lambert enerzijds en van Karel De Cat en Jet Jorssen anderzijds. De Dijn beschrijft hun avonturen en plaatst ze tegen de politieke, administratieve en militaire achtergrond. Ze ziet de militairen die zich terugtrekken uit België en Nederland. Politici zoals Jef Van de Wiele proberen hun deel van de afbrokkelende koek te vrijwaren en de positie van hun beweging (DeVlag en SS) veilig te stellen. Duizenden vluchtelingen dienen te worden opgevangen, gehuisvest, gevoed en in de oorlogsinspanning ingeschakeld. De Duitse gastheren en -vrouwen moeten ervan worden overtuigd dat de Vlamingen een broedervolk zijn, dat meestrijdt voor het grote Germaanse ideaal. Dat lukt niet altijd: wanneer ondergang en nood dreigen, worden vluchtelingen algauw als klaplopers beschouwd. Tot verbijstering van de auteur blijven vele vluchtelingen niettemin geloven in het nationaal-socialisme en in de eindoverwinning van het Derde Rijk. De Vlaamse leiders bereiden tussen hoop en vrees in zelfs de terugkeer voor naar Vlaanderen.

Tegelijkertijd beschrijft de auteur de zoektocht naar haar familieverleden – er zitten ook nog verzetslui bij – en haar odyssee in Duitsland, op zoek naar de plaatsen waar de vluchtelingen hebben verbleven. Het resultaat hiervan wordt steeds in enkele alinea’s aan het einde van elk hoofdstuk beschreven, wat voor een contrast en tegelijkertijd een aanvulling zorgt bij het eigenlijke verhaal van de laatste oorlogsmaanden.

Dat zijn dan ook de sterke elementen in het boek. Rosine De Dijn beschrijft meeslepend de tragedie, de menselijke, alledaagse kant van de vlucht en de ondergang. Geregeld neemt haar verontwaardiging de pen over. Voorts is het duidelijk dat ze zich afzet tegen alles wat met het nationaal-socialisme en met de collaboratie te maken heeft. Ze gebruikt voor haar verhaal archiefmateriaal en eigentijdse publicaties, maar ook naoorlogse memoires. Bovendien heeft ze in de loop der jaren met verschillende getuigen gesproken. Het werk ontbeert wel de diepere analyse en de uitgebreide context die men bij Kershaw en Bruhns vindt. Het onderzoek van Rosine De Dijn blijft niettemin een waardevol journalistiek werk, eerder dan een gedegen historische studie.
… (más)
 
Denunciada
Frank_Seberechts | Aug 30, 2017 |

Estadísticas

Obras
16
Miembros
63
Popularidad
#268,028
Valoración
½ 3.4
Reseñas
1
ISBNs
23
Idiomas
2

Tablas y Gráficos